Inkoop en verkoop van beroepsgerichte L&D-trajecten en neutrale btw-vrijstelling zijn van belang voor sectoren, organisaties en mensen zonder btw-belaste activiteiten. Nette neutrale btw-vrijstelling draait rond oogpunten van afnemers plus lerenden. Hoe EU-recht werkt toont jurisprudentie van onze hoogste bevoegde rechter: het Hof van Justitie in Luxemburg.

Gaten in nationale wetgeving vormen geen excuus, heeft het Hof van Justitie beslist. Wie als betrokkene btw-vrijstellingen miskent, doordat deze te ruim of op een andere manier fout werken, doet dit nooit zonder risico.

Fiscale neutraliteit waarborgt compliance rond enige taxable person(s) en UBO(’s). Onder Nederlandse wetgeving werken twee regelingen in deze paradoxaal.

(1) Sinds 1995 mag – volgens de Nederlandse wet – huur met en zonder btw worden aangeboden.

(2) Sinds 2010 mag een aanbieder van beroepsonderwijs – volgens de Nederlandse wet – dezelfde opleiding met en zonder btw leveren. Beide werken in strijd met neutraliteit zoals onlosmakelijk verweven in EU-recht, wat onder nationaal lager recht wel lijkt te kunnen is dus onder hoger EU-recht onbestaanbaar; wat je nationaal dus te ruim ziet zijn eigenlijk niets dan “kleren van de keizer”.

Beide wetten (1995 en 2010) gaan niet alleen in tegen EU-recht, maar ook tegen elkaar. Om in aanmerking te komen voor btw-belaste huur moet de huurder meer dan 90% btw-belaste prestaties leveren. Door zowel btw-belast als btw-vrijgesteld beroepsonderwijs te leveren, voldoet de aanbieder praktisch nooit aan die 90%-regel, toch huren aanbieders van beroepsonderwijs bijna altijd btw-belast. Beide wetten zijn intrinsiek asymmetrisch rond btw en kunnen ook niet naast elkaar bestaan, laat staan onder EU-recht.